Samenvatting advies
UWV keert met behulp van de applicatie ResaFasa zo’n 18 miljard euro per jaar uit aan ruim 800.000 mensen die recht hebben op WIA, Wajong, WAO of WAZ. Om dit in de toekomst te blijven doen, is er actie nodig want ResaFasa draait op verouderde hardware.
Het project Pulse, onderdeel van het programma Nexus, zorgt voor de vervanging van ResaFasa. UWV heeft het Adviescollege ICT-toetsing (AcICT) gevraagd onderzoek te doen naar het project.
Conclusie: de slaagkans is met de huidige aanpak klein
UWV kiest voor herbouw van de oude applicatie die rijk is aan functionaliteit. Dit is een inherent risicovolle opgave. AcICT ziet dat de slaagkans klein is met de huidige aanpak.
- Bijsturing op basis van feitelijk inzicht in de voortgang is onmogelijk. De sturing door de projectleiding op voortgang en prestaties van de teams is ontoereikend en de huidige planning geeft onvoldoende houvast om de voortgang te bewaken.
 - Het resultaat is onzeker door onvoldoende regie op de ontwikkelaanpak. Zo is er gestart met de herbouw zonder de noodzakelijke heldere kaders en is het project nog zoekende naar de juiste aanpak.
 - Pulse moet uiteindelijk functioneel hetzelfde werken als ResaFasa. Hoe deze functionele equivalentie moet worden getest, is nog onvoldoende uitgewerkt. Een aanpak en de randvoorwaarden voor schaduwdraaien moeten nog worden ontwikkeld.
 
Advies: Herzie de aanpak stevig
AcICT adviseert om de aanpak stevig te herzien om zo te zorgen dat uitkeringen ook in de toekomst correct uitgekeerd kunnen worden.
- Werk een resultaatgerichte projectaanpak uit. Zorg eerst dat de projectleiding en -aansturing worden versterkt met inhoudelijke kennis en ervaringsdeskundigen. Maak een planning gebaseerd op een kwantitatief onderbouwde schatting en herijk deze regelmatig op basis van de werkelijke voortgang. Bepaal, meet en acteer op prestatiedoelen. Beproef ook zo snel mogelijk een terugvalscenario.
 - Werk de ontwikkelaanpak uit met een team bestaande uit de betrokken inhoudelijk experts. Dit team bepaalt de kaders voor de ontwikkelteams, stuurt hierop en pakt vraagstukken op die tijdens de ontwikkeling opkomen over, bijvoorbeeld documentatierichtlijnen of broncode-organisatie.
 - Werk uit hoe functionele equivalentie stapsgewijs aangetoond wordt. Maak hiervoor een plan hoe steeds meer functionaliteit kan worden getest en schaduwgedraaid.