Opdrachtgever en projectorganisatie

De opdrachtgever is eindverantwoordelijk voor het slagen van het project en heeft daarmee een belangrijke invloed. Zo is de opdrachtgever verantwoordelijk voor de samenstelling van de projectleiding, het beschikbaar stellen van voldoende budget en (bij)sturing op het project. Ook is een passende inrichting van de (project)organisatie van belang. Zo is het van belang dat de bemensing van het project en de inrichting van de kwaliteitsborging passen bij de omvang en complexiteit van het project.

Toetsaspecten voor dit risicogebied

Opdrachtgever

  1. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor het budget en de businesscase.
    De opdrachtgever is verantwoordelijk en heeft het mandaat binnen de grenzen van de businesscase. De opdrachtgever is en voelt zich verantwoordelijk en draagt de visie uit naar zijn of haar stakeholders.
     
  2. De opdrachtgever is inhoudelijk betrokken bij bepalende keuzes.
    De opdrachtgever is inhoudelijk betrokken bij keuzes die bepalende impact hebben op de visie, doelstelling, financiën, scope, risico’s, planning en kwaliteit.
     
  3. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor de consequenties van bepalende wijzigingen in het project.
    De opdrachtgever beschikt over voldoende deskundigheid en overziet de impact van bepalende wijzigingen in het project.
     
  4. De opdrachtgever is inhoudelijk op de hoogte van de voortgang van het project.
    De opdrachtgever is op de hoogte van de voortgang in termen van onder andere projectresultaten, kwaliteit, kosten, risico’s en planning.

Organisatie

  1. De rollen, taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden in de projectorganisatie zijn vastgelegd en ingevuld.
    Het is voor belanghebbenden bij het project duidelijk welke bijdrage van hen wordt verwacht en wat hun mandaat is.
     
  2. De projectorganisatie bestaat uit mensen met voldoende kennis en ervaring.
    Leden op sleutelposities hebben aantoonbare ervaring met projecten van vergelijkbare omvang en complexiteit binnen een vergelijkbaar domein en vergelijkbare veranderingsopgave en technologie.
     
  3. De organisatiecultuur bevordert open communicatie en samenwerking.
    Open communicatie en een effectieve samenwerking binnen het project en met belanghebbenden zijn essentieel om onder meer tijdig te kunnen bijsturen.
     
  4. Er is aantoonbaar en structureel ruimte voor ‘tegendenken’ en een kritische blik.
    Er is voorzien in een frisse blik van buiten het project. Ook is binnen het project voldoende ruimte voor discussie en tegenspraak.
     
  5. De kwaliteitsborging in het project is ingeregeld.
    Afspraken over de kwaliteit zijn vertaald in concrete standaarden, procedures en maatregelen. De invulling en resultaten van de kwaliteitsborging zijn zichtbaar voor de opdrachtgever.
     
  6. Interne en externe toetsmomenten op relevante mijlpalen en producten zijn bepaald.
    In de planning wordt rekening gehouden met logische momenten waarop resultaat kan worden gemeten en kan worden bijgestuurd.

Meer informatie

Deze documenten en links geven meer informatie over dit risicogebied:

Internationale standaarden en methodieken

  • Managing Successful Projects with Prince2, Axelos, The Stationary Office, United Kingdom.
  • Managing Successful Programs, Axelos, The Stationary Office, United Kingdom.
  • Prince 2 Agile Projectmanagement, Axelos, The Stationary Office, United Kingdom.
  • A Guide to the Project Management Body of Knowledge, PMBOK Guide, Project Management Institute.
  • Control Objectives for Information and Related Technology, COBIT, ISACA.

Rijksstandaarden

  • Handboek Portfoliomanagement Rijk (2018), CIO-Rijk

Interessante publicaties/artikelen